Philadelphus

Type: Heerster
Staanplaats: Licht schaduw en zon
Vocht: Vochthoudend-vochtig
Grond: Voedselrijk
Zuur: Zwak zuur tot licht basisch
Wintergroen: Nee

Kenmerken

Philadelphus wordt ook boerenjasmijn genoemd. De bloemkleur van Philadelphus bellle étoile is wit en deze plant bloeit vanaf juni. De bladeren zijn groen. Het is een middelgrote heerster die ongeveer 150 cm groot wordt. Boerenjasmijn verdraagt een temperatuur tot -25 gr. C. Philadelphus heeft een opvallende bloeiwijze en is goed verkrijgbaar.
Philadelphus is een sierlijke plant en kan gebruikt worden als accentplant in het openbaar groen en in de tuin vanwege de mooie vorm, de bloeiwijze of de bladkleur. Boerenjasmijn wenst een voedselrijke, vochthoudende tot vochtige bodem. Wat betreft de zuurgraad is ze vrij tolerant (pH = 5.5 - 8). Philadelphus verlangt een plekje in de zon of halfschaduw. Deze plant is, vanwege oppervlakkige worteling en grote vocht en voedingopname, lastig met vaste planten te combineren.

Bemesting

Voor een bloeiende boerenjasmijn is het belangrijk om een N:K verhouding te hebben van 1,3 – 1,8 voor een goede knopontwikkeling. Bij houtige gewassen is fosfor erg belangrijk gedurende het hele seizoen voor het stimuleren van de ademhaling van de plant (nodig voor het omzetten van de NPK in voor de plant benodigde eiwitten) en het afrijpen van het gewas (zodat de houtcellen goed gevormd worden).
Bemestingsadvies: N5+P2+K4 tot maximaal N9+P6+K8

Snoeien

Philadelphus kan wel wat snoei gebruiken. Ze groeien erg snel en na enige jaren verandert de vrij strakke opgaande vorm in een brede, uitgezakte. Om de mooie vorm van de jonge philadelphus te behouden snoeien we haar dan ook na de bloei. Daarbij verwijderen we elk jaar een kwart van de oudste takken. We beginnen met de oudste takken in het centrum van de plant om zo voor meer licht te zorgen. Dat bevordert de scheut vorming en daarmee ook de bloei. Voor de snoei is het soms handiger om een snoeizaag te gebruiken dan een snoeischaar of takkenschaar, want daarvoor is niet altijd ruimte tussen de wirwar van takken. Philadelphus loopt in het voorjaar vrij laat uit. Denk niet te snel dat ze is doodgegaan.